166. Megastallen

‘Van het keuterboertje van toen tot de megastal van nu. De Brabantse boer kon tientallen jaren grenzeloos groeien. Toen kwamen er twijfels: is dat wel zo goed voor onze gezondheid, de natuur en de dieren? Ook de piek van de corona-uitbraak ligt uitgerekend in Oost-Brabant, een gebied met veel intensieve veehouderij.’ Zo introduceert een drieluik van artikelen in het Brabants Dagblad in juni 2020 met de naam ‘Zo werden de Brabantse stallen steeds voller’.

[4 november 2020] Dan kom ik op de Nederlandse weg en zie links en rechts een vrij saai gebied, waarin veel megaboerderijen staan. Megastallen: joekels van silo’s en veeschuren. Ah, ja, daar is Brabant ook beroemd om. Bij een grote boerderij zie ik een enorm figuur van een kip en ‘pluimveehouderij’ ernaast. Zou je er ook eentje tegenkomen waarop ‘varkensfokkerij’ staat, met een plaatje van een vrolijk varken erbij?
Het wordt nog erger als ik nog een keer links- en rechtsaf ga: gossie, het is hier allemaal verzameld,  de dierenindustrie. Gigantisch!

Megastallen ten zuidwesten van Reusel
Megastallen ten zuidwesten van Reusel

In de genoemde artikelen in het Brabants Dagblad tref je de schets van de landbouwgeschiedenis in Nederland, specifiek gericht op de situatie in Brabant. Mansholt wierp zich op als grote ondersteuner van de groei van de landbouwproductie na de oorlog. De kunstmest-revolutie had voor de boeren de impact die in diezelfde jaren de wasmachine had voor de huisvrouw. Groei, groei, groei, dat was het motto.
En toen kwam de Club van Rome. Kort voor z’n pensioen zag zelfs Mansholt in, dat het zo niet verder kon, met boterbergen en melkplassen, overproductie en overschot, ondersteund door structurele financiële ondersteuning van de boeren door de staat.
De intensivering van de landbouw ging in Brabant nog wat verder dan in het westen en noorden van het land, juist omdat hier de ondergrond veel minder vruchtbaar is.

Voor een waardeoordeel is deze tekst niet de juiste plaats. Feit is wel, dat alle politiek en beleidsontwikkeling, aansturend richting krimp van de landbouwsector erg stroef verloopt. Het aantal bedrijven neemt flink af, mede als gevolg van ondersteuning aan boeren die ‘ermee stoppen’. Maar als gevolg van de schaalvergroting op de nog bestaande bedrijven nemen de aantallen runderen, varkens en geiten nauwelijks af. Deze hebben zich nòg verder in de kosten gestoken, waardoor het nog lastiger wordt om te stoppen.
Maar… en dan laat ik me, zelf boerenzoon zijnde, tòch verleiden tot een persoonlijke blik op deze ontwikkeling: voor de meeste boeren geldt: ben je een boer, dan blijf je een boer. Dat zit in het hart. (En dat vertroebelt menige rationele discussie.)

Corona zorgt er nu in ieder geval wel voor, dat het voorbij is met de nertsenfokkerijen. Ook hiervan huisden de meeste in de provincie Noord-Brabant.

Gebruikte informatie
* CBS, Krimp in aantal bedrijven met varkens
* Meer statistieken
* Perspectieven Brabantse intensieve veehouderij
* Omroep Brabant over intensieve veehouderij
* NOS, Nertsenfokkerijen in Nederland: waar zijn ze nog en waarom?, 10 juni 2020
* Aantal megastallen neemt steeds verder toe, Brabant koploper, Brabants Dagblad, 24 maart 2019